Gastles memes
Er zijn grenzen aan wat grappig is

Maxine Herinx (TerInfo). Foto: Wilmar Boer/Beeldvoerders

Op social media worden ze graag en snel gedeeld: grappig bedoelde memes. Maar zijn die altijd wel zo leuk? Waar vervaagt de grens tussen leuk en beledigend? Vandaag verdiept een vierde klas vwo van Het Nieuwe Eemland zich in die vraag, in een gastles van TerInfo.

De zoemer voor het laatste lesuur klinkt; maar liefst 29 leerlingen zoeken al kletsend een plekje in het kleine lokaal waar leraar Daan van der Hoek zijn les maatschappijleer geeft. De schoolbanken staan in twee rijen tegenover elkaar opgesteld; een streep afplaktape deelt het lokaal in tweeën. “Dat is voor hun werkvorm ‘Over de Streep’ die ze straks gaan doen”, weet Van der Hoek.

Gastles

Gastdocenten Maxine Herinx en Mila Bammens van TerInfo verzorgen het komende uur een gastles over (de mogelijke impact van) memes, in het kader van een lessenreeks over de rechtsstaat. “Ik nodig regelmatig gastdocenten uit, want voor leerlingen is het verrassend als er af en toe iemand van buiten voor de klas staat”, verklaart Van der Hoek. “Al heeft het natuurlijk ook voordelen als je een onderwerp zelf behandelt, omdat je goed weet wat er speelt op je school. Ik heb bijvoorbeeld ook onderdelen van lessen van de site van TerInfo gebruikt en daar zelf een les omheen gebouwd.”

Mila Bammens (TerInfo). Foto: Wilmar Boer/Beeldvoerders

“Hoe zou je aan je oma of opa uitleggen wat een meme is?”, trapt Maxine Herinx de les af. Vingers in de lucht. “Een grappig plaatje”, antwoord een leerling. “Wat je aan elkaar doorstuurt”, vult een ander aan. Herinx en Bammens tonen een aantal bekende memes op het digiboard en laten de klas erop reageren. Wat is er te zien? Wat wordt met de grap bedoeld? Kunnen mensen hier last van hebben? De antwoorden blijven wat weifelachtig. “Dat hangt van de situatie af”, verwoordt een leerling.

Grappig of niet?

Het onderdeel ‘over de streep’ brengt de klas letterlijk en figuurlijk in beweging. Leerlingen stellen zich aan weerszijden van de streep op; links is ‘dit voorbeeld is nog onschuldig’, rechts is ‘dit voorbeeld gaat te ver’. Precies óp de streep gaan staan mag ook. Bammens beschrijft een meme over de koning, die zich verspreekt tijdens het voorlezen van de Troonrede. “Is dit grappig, kan dit?”, vraagt ze. Leerlingen groeperen zich zonder aarzelen aan de linkerkant van de streep: ja, dit kan best. “Maar wat als de koning een stotteraar is of last heeft van dyslexie?”, stelt Herinx vervolgens. Dat verandert de zaak voor een aantal leerlingen: ze gaan op de streep staan of kiezen voor de rechterkant.

Maxine Herinx en Mila Bammens. Foto: Wilmar Boer/Beeldvoerders

Na een aantal voorbeelden concludeert Herinx: “Je ziet dat er verschillend over wordt gedacht en dat de grens tussen grappig en beledigend of discriminerend niet altijd goed te trekken is. Maar wat zegt het strafrecht hierover?” Op het digiboard verschijnen nu enkele niet mis te verstane praktijkvoorbeelden, zoals een meme over een leraar die als nazi wordt weggezet. Heeft deze meme gevolgen gehad voor de maker of verspreiders ervan? Leerlingen krijgen een meerkeuzevraag; antwoorden variëren van ‘corvee’ tot ‘aangifte bij de politie en schorsing’. Hoewel de meeste vingers in de lucht gaan bij het laatste antwoord, overheerst toch de verbazing als dat antwoord juist blijkt. “Maar het was vast nog maar een derdeklasser. En dan heeft die nu al een strafblad”, reageert een leerling geschokt.

Haatzaaien

Het laatste deel van de les is bedoeld om leerlingen te laten zien hoe de online wereld in de echte wereld over kan gaan. De gastdocenten vertellen over haatzaaiende memes die hebben geleid tot angst, agressie, geweld en zelfs tot moord. Voorbeelden die duidelijk maken waar vrijheid van meningsuiting ophoudt en waar het strafrecht ingrijpt vanwege de aanzet tot haat, geweld en discriminatie. “Ik wist niet dat het zo’n groot probleem kon zijn”, reageert een leerling.

“Wat kun je zelf doen?”, vragen de gastdocenten tot slot. “Niet meteen iets doorsturen”, oppert een leerling. Bammens en Herinx geven de klas daarvoor een eenvoudige checklist mee. “Vraag je af: (1) meen je deze grap?, (2) kunnen anderen denken dat je het meent? En (3) kan deze grap iemand kwaad doen? Eigenlijk is één keer nee al niet oké.”